Op de grens van onverdraaglijk

Na mijn eerste kennismaking met Shibari was ik meteen verkocht. Ik voelde dat het knopen me helemaal in het hier en nu brengt. Totale focus en aanwezigheid. Tegelijk is het touw een prachtig middel om contact te maken met degene die je knoopt. Het touw is een instrument waarmee ik de bunny, meestal een vrouw (maar zeker niet altijd), begeleid in het loslaten van controle naar totale overgave. Dat is in essentie waar de bunny naar verlangt, totale overgave. Maar het brengt mij als knoper, de rigger, ook veel. De rol van rigger helpt mij contact te maken met mijn mannelijke kern. Ik ben tijdens het knopen volledig gefocust. Niet op het touw en de knopen, maar op de bunny. Wat ervaart zij? Zit zij aan haar grens, of kan ik die nog iets verleggen. Verder in beperking, in spanning, in opwinding, ongemak of zelfs in pijn. Het is maar net waar de bunny naar op zoek is. Als ik knoop maak ik contact met de bunny via mijn lichaam, mijn handen, mijn gezicht. Ik streel, ik knijp, ik bijt zachtjes of soms hard. Dat draagt allemaal bij aan de ervaring. En ik praat, zachtjes, fluisterend meestal. “Gaat het goed met je?”, “Wat ben je mooi”. Het is een gezamenlijke dans op de grens van verdraaglijk en onverdraaglijk. Altijd afgestemd en nooit zonder toestemming. Echte overgave is alleen mogelijk als je je helemaal veilig voelt. Als ze voelt dat mijn intenties zuiver zijn. Als ze weet dat we vooraf duidelijke afspraken hebben gemaakt, waar we ons allebei aan houden. In die veilige container kan de overgave heel opwindend zijn. Soms is haar overgave ook voor mij opwindend. Die spanning en opwinding mag er zijn. We mogen er beiden van genieten, maar we blijven in onze rol en de veiligheid van onze afspraken in leidend. We zijn wel partners in deze dans, maar geen minnaars.

Vorige
Vorige

Kinky, erotisch, of juist niet?

Volgende
Volgende

Whoa, dat voelde zo heerlijk